Helm De kandidaat voor het motorexamen dient tijdens het examen een goed passende helm te dragen, die op deugdelijke wijze is bevestigd. De helm moet van een goedgekeurd type zijn en bij voorkeur voorzien van een helder vizier. Donkere vizieren worden in verband met de veiligheid sterk afgeraden. Communicatieapparatuur Voor het examen verkeersdeelneming stelt de instructeur een portofoon ter beschikking. Hij is zelf verantwoordelijk voor de zendmachtiging en naleving van de wettelijke voorschriften die gelden voor het gebruik van de portofoon. De instructeur bedient de communicatieapparatuur en geeft hiermee de opdrachten van de examinator door aan de kandidaat. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: - De opdracht wordt tijdig gegeven. De kandidaat moet voldoende tijd hebben om alle noodzakelijke handelingen uit te voeren.
- De opdracht is kort en duidelijk (niet voor een andere uitleg vatbaar).
- De opdracht voldoet aan (eventueel) gemaakte afspraken. Het kan zijn dat er per examenlocatie afspraken worden gemaakt over hoe te handelen in specifieke situaties.
Bij aanvang van het examen verkeersdeelneming wordt de werking van de communicatieapparatuur getest. Wanneer blijkt dat de communicatieapparatuur niet naar behoren functioneert of defect is, wordt het examen niet afgenomen. Wel krijgt de rijschool kort de tijd om e.e.a. te herstellen of een reserveset te regelen. Wanneer de communicatieapparatuur tijdens het motorexamen uitvalt en herstel binnen enkele minuten mogelijk is, bijvoorbeeld door het vervangen van de accu of het gebruik van een reserveset, wordt het examen met de herstelde apparatuur / reserveset voortgezet. Als de apparatuur niet hersteld of vervangen kan worden, wordt het examen afgebroken en wordt teruggereden naar het CBR. Het is in dat geval ter beoordeling aan de examinator, in samenspraak met de instructeur, om te bepalen of de motor achterblijft of dat kandidaat of instructeur de motor terugrijdt naar het CBR. Bij een onvolledig examen kan de rijschool het CBR vervolgens verzoeken om de kandidaat op korte termijn weer in te plannen, zodat de overlast voor de kandidaat beperkt blijft. Omdat de rijschool verantwoordelijk is voor de communicatieapparatuur, hebben de kandidaat en/of de rijschool geen recht op restitutie van het examengeld van het CBR. Examen Met inachtneming van de opdrachtgeving neemt de kandidaat zelfstandig deel aan het verkeer waarbij hij moet aantonen rijvaardig te zijn. Het examen vindt zowel binnen als buiten de bebouwde kom plaats. Het duurt in totaal 55 minuten. Zie verder de rijprocedure A Bijzondere omstandigheden In het geval een kandidaat een overtreding van de Wegenverkeerswet maakt of dreigt te maken, zal de instructeur de kandidaat hier onmiddellijk op moeten attenderen via de portofoon. Het is niet noodzakelijk dat de instructeur wacht tot de examinator hem dit verzoekt. Wel moet de kandidaat de kans krijgen zelf zijn fout te herstellen, wat betekent dat de kandidaat niet te vroeg gewaarschuwd mag worden. In geval van nood, wanneer de kandidaat gevaarlijk handelt of wanneer diens veiligheid gevaar loopt door het gedrag van anderen, dient de instructeur de kandidaat eveneens onmiddellijk via de portofoon aan te spreken en uiteraard niet te wachten tot de examinator daarom vraagt. Soms kan het de voorkeur verdienen een 'noodkreet' via de portofoon achterwege te laten, als daarmee een paniekreactie van de kandidaat kan worden voorkomen. De persoon van de kandidaat en de aard van de situatie spelen bij de beoordeling hiervan een rol. Het oordeel van de instructeur, die zijn leerling kent, is hierbij van groot belang. |