12.2 Voertuigeisen categorie A (voertuigbeheersing en verkeersdeelneming) | | » Motorrijtuigen zijn tijdens het examen: | | | Toegestaan voor het motorexamen zijn motorrijtuigen op twee wielen zonder zijspan. Een driewielig motorvoertuig dat door het RDW is beoordeeld als tweewielig motorrijtuig, wordt niet toegelaten tot het motorexamen. Motorrijtuigen moeten op het examen voldoen aan de wettelijke eisen. Verder geldt het volgende: A1 - Motorrijtuig op twee wielen van de categorie A1.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een brandstofmotor: minimaal 120 cc en maximaal 125 cc, een maximumvermogen van 11 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,1 kW per kg, waarmee je een snelheid kunt bereiken van minimaal 90 km/u.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een volledig elektrische aandrijving: een maximumvermogen van minder dan 11 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minimaal 0,08 kW per kg, waarmee je een snelheid kunt bereiken van minimaal 90 km/u.
A2 - Motorrijtuig op twee wielen van de categorie A2.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een brandstofmotor: minimaal 250 cc, een vermogen van minimaal 20 kW en maximaal 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van maximaal 0,2 kW per kg.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een volledig elektrische aandrijving: een maximumvermogen van minimaal 20 kW en maximaal 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minimaal 0,15 kW per kg.
A - Motorrijtuig op twee wielen van de categorie A.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een brandstofmotor: een vermogen van minimaal 50 kW en een ongeladen massa van minimaal 180 kg.
- Als het motorrijtuig is voorzien van een volledig elektrische aandrijving: een maximumvermogen van minimaal 50 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minimaal 0,25 kW.
| | Motorrijtuigen zijn tijdens het examen: | - voorzien van een linker- en rechterspiegel, zodanig gemonteerd dat de bestuurder in normale rijhouding het weggedeelte rechts en links naast en achter hem kan overzien (de spiegels staan goed als de erachter rijdende opleider of examinator deze spiegels kan zien en oogcontact heeft met de kandidaat);
- voorzien van een goed werkend remlicht;
- voorzien van goed werkende richtingaanwijzers;
- voorzien van het voorgeschreven L-bord, dat duidelijk en goed zichtbaar voor het achteropkomend verkeer op of aan het voertuig moet zijn vastgemaakt.
Het L-bord moet los van het kenteken zitten: het mag naast, boven of onder het kenteken worden vastgemaakt, maar niet (ook niet voor een deel) ervoor of erachter. De afmetingen van het L-bord moeten voldoen aan de wettelijke eisen. De eigenaar/houder van de motorrijtuig is er verantwoordelijk voor dat het L-bord goed vastzit;
- voorzien van banden zonder gebreken, die voor het gebruik op de weg zijn goedgekeurd en toegelaten;
- voorzien van een doelmatige uitlaat, die over de hele lengte gasdicht is;
- voorzien van de wettelijk voorgeschreven verlichting, zodat deze verlichting tijdens het examen kan worden gebruikt als de omstandigheden daartoe aanleiding geven;
- voorzien van een geldig Nederlands kenteken; dit mag geen handelaars-, transito- of fabriekskenteken zijn;
- niet voorzien van stuurhandschoenen, zijtassen, koffers, borden (reclameborden) of andere objecten waardoor het zicht van de examinator op de bedieningsorganen (schakelmechanisme, koppeling, handrem en voetrem) moeilijk wordt gemaakt. In principe wordt bij het examen verkeersdeelneming voor de opdrachtgeving gebruik gemaakt van communicatieapparatuur die voldoet aan de wettelijke eisen.
| |
|